Tot dusver is het een waanzinnig succes, als je het potentieel voor toekomstige milieurampen even wegdenkt en als je succes afmeet aan de hand van productie en groei. In 2016 leven we misschien in een stressvolle, chaotische wereld, maar de onheilsvoorspellingen over verval en geweld zijn niet uitgekomen, terwijl de schandalige beloften van permanente groei en mondiale samenwerking wel degelijk zijn ingelost.
Nu en dan hebben we wel last van economische recessies en internationale oorlogen, maar op de lange termijn heeft het kapitalisme het niet alleen gered, het heeft ook honger, ziekte en oorlog overwonnen. Duizenden jaren lang zeiden priesters, rabbi’s en moefti’s dat mensen niets kunnen uitrichten tegen hongersnoden, epidemieën en oorlogen. Toen kwamen de bankiers, de investeerders en de industriëlen, en die hadden het binnen tweehonderd jaar voor elkaar. De moderne deal beloofde ons dus meer macht dan ooit, en die belofte is ingelost. En de prijs daarvoor? In ruil voor macht in de moderne wereld moesten we inleveren op zingeving.
Hoe ging de mens met die ijzingwekkende eis om? Een en ander had makkelijk kunnen leiden tot een grimmige wereld zonder ethiek, esthetiek en mededogen. Maar wat blijkt? De mens is nu niet alleen machtiger dan ooit, maar ook veel vreedzamer en coöperatiever. Hoe heeft hij dat voor elkaar gekregen? Hoe konden moraal, schoonheid en zelfs mededogen overleven en floreren in een wereld zonder goden, zonder hemel en zonder hel? Kapitalisten roepen wederom meteen dat dit te danken is aan de onzichtbare hand van de markt. Maar de hand van de markt is niet alleen onzichtbaar, hij is ook blind en had in zijn eentje nooit de menselijke samenleving kunnen redden. Zelfs een simpele jaarmarkt redt het niet zonder de helpende hand van een of andere god, koning of kerk. Als alles te koop is, inclusief de rechtbanken en de politie, verdampt alle vertrouwen, verdwijnt het krediet en sterft de commercie.
De vraag is dus wat demoderne samenleving van de totale ineenstorting heeft gered. Het antwoord is dat de mensheid niet is gered door de wet van vraag en aanbod, maar door de opkomst van een revolutionaire nieuwe religie: het humanisme.