Ze krijgen vervolgens de opdracht een van die schakelaars in te drukken wanneer ze maar willen. De wetenschappers die de neurale activiteit in de hersenen observeren, kunnen voorspellen welke schakelaar de proefpersoon gaat indrukken voordat hij dat doet en zelfs voordat hij zelf weet wat hij van plan is. De neurale gebeurtenissen in de hersenen die wijzen op de beslissing van de proefpersoon beginnen een paar honderd milliseconden of zelfs seconden voordat hij zich bewust is van zijn eigen keuze.
De beslissing om het linker- dan wel het rechterknopje in te drukken weerspiegelt absoluut de eigen keuze van de proefpersoon. Het is alleen geen vrije keuze. In wezen vloeit ons geloof in de vrije wil voort uit een gebrekkige logica. Als een biochemische kettingreactie me het verlangen influistert om het rechterknopje in te drukken, heb ik het gevoel dat ik echt het rechterknopje in wil drukken. En dat klopt. Ik wil het ook echt indrukken. Alleen trekken mensen dan overhaast de foutieve conclusie dat ik er ook voor kies om dit knopje te willen indrukken. Dat klopt natuurlijk niet. Ik kies mijn verlangens niet, ik voel ze alleen en handel ernaar. Niettemin blijven mensen doorgaan over de vrije wil, omdat zelfs wetenschappers al te vaak blijven uitgaan van achterhaalde theologische concepten. Christelijke, islamitische en joodse theologen hebben eeuwenlang gedebatteerd over het verband tussen de ziel en de wil. Ze gingen ervan uit dat ieder mens een innerlijke essentie – de ziel – heeft die zijn ware zelf is. Daarnaast hielden ze vol dat dit zelf verschillende verlangens bezit, zoals het ook kleren, voertuigen en huizen bezit. Ik kies mijn verlangens naar het schijnt op dezelfde manier als ik mijn kleren kies en mijn lot wordt bepaald door die keuzes. Als ik voor goede verlangens kies, kom ik in de hemel; als ik slechte verlangens kies, wordt het een enkele reis naar de hel. Vervolgens rees de vraag hoe ik mijn verlangens kies. Waarom wilde Eva bijvoorbeeld de verboden vrucht opeten die de slang haar aanbood? Werd dat verlangen haar opgedrongen? Kwam het zomaar ineens toevallig bij haar op? Of heeft ze er uit eigen ‘vrije’ wil voor gekozen? Als ze er niet uit eigen vrije wil voor heeft gekozen, waarom moest ze er dan voor gestraft worden?